, [], Whether the image of God is in man as regards the mind only?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want de man moet het hoofd niet dekken, overmits hij [19]het beeld en de [20]heerlijkheid Gods is; maar de vrouw is [21]de heerlijkheid des mans. 19. Namelijk ten aanzien van zijne macht en heerschappij, die hij heeft over de vrouw. Want anderszins, ten aanzien van de heiligheid en gerechtigheid, is de vrouw zoveel naar het beeld van God geschapen als de man; Gen.1:26,27. 20. Namelijk omdat God in des mans heerschappij over de vrouw, de heerlijkheid en het gebied doet blijken, dat Hij heeft over Zijne schepselen. 21. Namelijk omdat de onderdanigheid der vrouw onder den man een bewijs is van de macht, het gezag en de uitnemendheid des mans boven de vrouw.